artikel – MELODY MAKER 27 MEI –1967

WebmasterNieuws

THE BEATLES, VERNIEUWERS als altijd, introduceerden een nieuwe belevenis in de popmuziek – de LISTEN-IN. Zij namen hun intrede in de luxueuze stasdwoning van Brian Epstein aan Chapel Street, London SW1, draaiden daar hun nieuwe LP, Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band, op vol volume en schreeuwden – op een prettige manier – een paar uur tegen hun gasten.

Beneden kraakte – zogezegd – een lange, antieke tafel onder gigantische schalen koud vlees en groenten die werden uitgeserveerd door obers in witte jasjes. Om te drinken was er de keus tussen gazpacho, een koude soep, of champagne. De champagne won met gemak.

De ‘boys’, zoals ze liefdevol worden genoemd door hun management, waren in topvorm. Lennon won de poll bij de kleermakers, met een groene blouse met bloemenpatroon, rode corduroy broek, gele sokken en wat veterschoenen leken. Zijn pak werd gecompleteerd met een sporran. Mijn zijn ruige bakkebaarden en zijn ziekenfondsbrilletje leek hij op een bezielde Vicoriaanse horlogemaker. Paul McCartney, zonder snor, droeg een los geknoopte das op een overhemd, een gestreept jasje met dubbele revers en zag er uit als iemand uit een boek van Scott Fitzgerald.

Zij spraken allebei vrijuit over vele onderwerpen, zoals de ban van de BBC op ‘A Day In The Life’, een van de tracks van het album. Paul zei: “John maakte me op een morgen wakker en las daarna de Daily Mail. De onderwerpen van het nieuws brachten hem op het idee voor dat nummer. De man gaat de trap op in een bus om te gaan roken. Iedereen doet dat. Maar wat zegt de BBC? Roken? ROKEN? R-O-K-E-N?

Well BBC, in werkelijkheid rookte hij Park Drive sigaretten! Zelfs mensen bij de BBC doen dat. Dus accepteer het, BBC! Je kunt overal wel een dubbele bodem in zien, als je dat wil. Maar het maakt ons niet uit dat ze onze nummers in de ban doen. Het zou de LP ook kunnen helpen. Ze zullen de andere nummers draaien. Het is spannend om te zien hoeveel verschillende dingen er van af te halen zijn.”

Zowel Paul als John lachte de suggestie weg dat Sgt. Pepper weleens hun laatste album zou kunnen zijn. “Onzin,” zei Lennon, maar hij bevestigde vervolgens wel ze zijn gestopt met live optreden. “Geen toernees meer, geen moptops meer. We hebben onszelf nooit fatsoenlijk kunnen horen spelen. Trouwens, wat kunnen we nog meer doen na te hebben gespeeld voor 56.000 mensen? Wat is het volgende? Meer beroemdheid? Meer geld? We hebben de hele wereld rond gereisd en konden ons hotel niet uit.”

Ze hebben het gevoel dat ze zichzelf nog steeds – via hun albums – geven aan hun publiek, maar niet meer ten koste van alles. Zegt Paul: “Zo ging ik op een dag zonder al teveel gedoe met de bus van Liverpool naar Chester. Er kwam alleen een snor aan te pas. En ik laat bijna elke dag mijn hond uit in Regent’s Park.”

De muzikale ideeën van Lennon en McCartney lijken zich steeds weer verder uit te breiden. Deze ideeën omvatten een heel spectrum aan geluiden – mechanisch, orkestraal, electronisch, dier, groente en mineraal.

Ze hechten er steeds minder belang aan om zelf te spelen. “Ik oefen niet,” zegt John. “Ik speelde alleen gitaar om mezelf te begeleiden bij het zingen. Je zou je hele leven lang kunnen oefenen om de beste fagotspeler te worden van Israël. Nou en? Ik vind het leuk om platen te produceren. Ik wil het allemaal zelf doen. Ik wil een machine die alle geluiden kan maken. Muziek studeren was net zoiets als Frans leren. Als er een nieuwe methode zou komen om muziek te leren – graag. Maar de huidige methode is verouderd.”

“Wij waren nooit muzikanten,” beaamde Paul. “In Hamburg hebben we een heleboel geleerd door ervaring. Maar muziek kunnen lezen is voor ons onnodig.”

Paul dirigeerde het orkest dat te horen is op de verboden track ‘A Day In The Life’ en voelde hij zich in eerste instantie geïntimideerd tegenover die zee aan ervaren sessiemuzikanten. “Dus besloot ik om ze te behandelen als mensen en niet als professionele muzikanten. Ik probeerde mij volledig aan hen te geven. We kletsten en dronken champagne.”

John heeft een hekel aan wat hij ‘fabrieksmuzikanten’ noemt. “Klassieke spelers komen het beste tot hun recht op platen. Zij kunnen spelen van daar tot daar….” Hij houdt zijn gestrekte handen 5 cm. uit elkaar, “ … en Ronnie Scott of iemand anders.”

Lennon’s beschouwingen zijn net zo scherp als het gaat over jazz stijlen. Hij begrijpt niets van Dixieland en mainstream. “Het is over en uit, man – zoals The Black & White Minstrels. Ik vind John Coltrane wel aardig maar ik ga niet vaak naar de clubs omdat het te genant is. De zogenaamde experts lachen je uit – ‘Er is een Beatle in het publiek, mensen.’ Het is waarschijnlijk mijn fout, maar dat is hoe ik het voel.”

Hoe dan ook, hij beloofde de MM dat hij naar Charles Lloyd’s kwartet zou gaan luisteren bij hun concert in Londen op 17 juni. Om het te bewijzen leende Lennon een pen en schreef met grote letter CHARLES LLOYD op de achterkant van zijn sporran.

Jack Hutton

Vertaling: Marijke Snel-van Asperen