Got To Get You Into My Life

WebmasterBFNL Columns

Op het moment dat je naar Got To Get You Into My Life luistert, lijkt het gewoon over een jongen te gaan die ontzettend verliefd is:

Ooh, then I suddenly see you. Ooh, did I tell you I need you, every single day of my life”.

Maar uit dit lied blijkt dat niet ieder liefdesliedje van The Beatles over vrouwen gaat.  Got To Get You Into My Life, geschreven door Paul McCartney, gaat namelijk over de liefde voor marihuana. Dit liet Paul McCartney weten in zijn boek Many Years From Now (1998), waarin hij vertelde dat het niet over een bepaald persoon gaat, maar over zijn verlangen naar het roken van wiet.

De echte aanleiding voor het schrijven van dit nummer, gaat terug naar een aantal jaar voordat het was opgenomen. De aanleiding voor het schrijven van dit lied ligt bij de ontmoeting tussen The Beatles en Bob Dylan. Op 28 augustus 1964 ontmoette The Beatles in New York Bob Dylan tijdens hun tour in de Verenigde Starten. Tijdens deze ontmoeting, rookte The Beatles voor het eerst marihuana, op advies van Bob Dylan.

Het gebruik van marihuana zou vanaf dat moment een grote invloed hebben op de muziek van The Beatles. Onder invloed van marihuana zou de muziek van The Beatles ontzettend experimenteel worden. Ze zouden ook verwijzingen gaan maken naar drugs in hun nummers, waarvan Got To Get You Intro My Life dus een voorbeeld is.

Op 7 april 1966 begonnen The Beatles in de Abbey Road Studios met de opnames van Got To Get You Into My Life. Op deze dag namen ze vijf takes van het nummer op. Take 5 van het nummer is te horen op Anthology 2, waar duidelijk is dat het lied die dag behoorlijk verschilde van de definitieve versie op Revolver.

Op deze versie wordt de intro gespeeld door producer George Martin op het orgel. Ook de tekst is op een aantal punten anders. De dag erna werd er nog een take opgenomen, waarna er op 11 april aan de achtste take een gitaar overdub werd toegevoegd.

Pas ruim een maand later, op 18 mei, gingen de opnames voor dit lied verder. Op besluit van McCartney waren er die dag drie trompettisten en twee saxofoonspelers aanwezig in de studio om een door George Martin en Paul McCartney gecomponeerd arrangement te spelen. Geoff Emerick, de geluidstechnicus van The Beatles, zorgde voor het kenmerkende geluid van de koperblazers door de microfoons heel dicht bij de instrumenten te plaatsen. Er werden die dag extra gitaarpartijen opgenomen. Op 17 juni werd de laatste gitaarpartij toegevoegd, en was het nummer klaar, om vervolgens op 5 augustus op Revolver te belanden.

Aan het nummer hebben negen mensen een aandeel gehad. Paul zorgde voor de lead vocals en speelde de basgitaar, John en George speelden gitaar en zorgde voor de achtergrondzang, en Ringo speelde de drums en tamboerijn. Daarnaast hebben Eddie Thonton (trompet), Ian Hamer (trompet), Les Condon (trompet), Alan Branscombe (saxofoon) en Peter Coe (saxofoon) meegewerkt aan het nummer. George Martin bespeelde het orgel.

Zo blijkt maar weer, dat The Beatles niet alleen zongen over hun grote liefde voor vrouwen, ook al lijkt dat wel vaak zo te zijn…

– Matt Timmermans –