Can’t Buy Me Luck: De rol van het toeval in het succes van de Beatles

BFNLNieuws

De juiste combinatie van variabelen is nodig om een daverend succes te bereiken- één verklaring voor waarom er nooit een “Kinksmania” was. Stel je voor dat er geen Beatles waren of dat er helemaal geen Beatlemania was en dat de jongens uit Liverpool gewoon een band waren die nooit een platencontract heeft gekregen of die uit elkaar is gegaan voordat ze het gemaakt hadden. Dat is de hypothese die professor Cass R. Sunstein van Harvard University poneert in een onderhoudend en tot nadenken stemmend essay dat in september zal verschijnen in het eerste nummer van het Journal of Beatles Studies. (Een voorontwerp werd begin dit jaar online geplaatst.)

Het feit dat er een academisch tijdschrift kan bestaan dat alleen aan John, Paul, George en Ringo is gewijd, is tekenend voor hoe populair en invloedrijk de Beatles zijn. Velen gaan ervan uit dat ze voorbestemd waren om beroemd te worden. “Het was gewoon een kwestie van tijd,” zei John Lennon in een interview in 1980. Maar misschien ook niet. In het begin waren de platenbazen niet onder de indruk (“The boys won’t go,” zeiden ze tegen manager Brian Epstein). En de groep ging bijna uit elkaar. De leden werden op hun kronkelige weg gesteund door een ongewoon enthousiaste manager (Epstein), een risico nemende producer (George Martin), een grote lokale fan-base, en meer. “Ze waren, op het cruciale moment, beter dan uitstekend,” zegt Sunstein, die zowel een fan is als een rechts- en beleidsgeleerde aan de Harvard Law School. Toch is het heel goed mogelijk dat “als zeven of 17 dingen anders waren gegaan, de Beatles het niet hadden gemaakt”.

Omdat de geschiedenis maar één keer wordt geschreven, kan Sunstein de theorie dat de Beatles het hebben gered met een beetje hulp van hun vrienden niet bewijzen. Maar dat is niet echt het punt. Hij gebruikt het vermakelijke voorbeeld van Beatlemania om de effecten van vroege sociale beïnvloeding op andere gebieden te onderzoeken. Veel succes in het bedrijfsleven, de politiek, de academische wereld en de meeste andere beroepen is te danken aan vroege kansen die later succes mogelijk maken. “Door puur toeval (serendipiteit) is een beetje een zwarte doos,” zegt Sunstein. “Je moet de ingrediënten uitpakken.”

Duncan Watts, een computergeoriënteerde sociale wetenschapper aan de Universiteit van Pennsylvania en auteur van het boek “Everything Is Obvious: Once You Know the Answer”, is een fan van Sunstein’s essay. “Als je het idee kunt accepteren dat de Beatles een product van geluk en cumulatief voordeel kunnen zijn, worden andere dingen denkbaar,” zegt Watts. “Het is goed om de intuïtie van mensen over de onvermijdelijkheid van de dingen die we kennen uit te dagen. Er zijn heel veel getalenteerde mensen, en er is een proces dat een heel klein aantal uitzoekt om superberoemd te worden.”

Dat proces, zoals geschetst door Sunstein, omvat “informatiecascades” (de uitspraken en handelingen van sommigen beïnvloeden de uitspraken en handelingen van anderen), “reputatiecascades” (meegaan met de massa om aardig gevonden te worden), “netwerkeffecten” (de waarde van een goed neemt toe naarmate meer mensen het gebruiken) en “groepspolarisatie” (groepen nemen extremere beslissingen dan individuen).

In een van de weinige experimentele voorbeelden van dergelijke processen toonden Watts en zijn collega’s de kracht van vroege populariteit aan. In een experiment uit 2006 legden ze meer dan 14.000 luisteraars 48 onbekende liedjes van onbekende bands voor. In één situatie beslisten de luisteraars onafhankelijk welke ze zouden downloaden. In andere situaties konden ze zien hoeveel anderen elk liedje al hadden gedownload. De beste liedjes deden het zelden slecht, en de slechtste zelden goed. Maar verder liepen de resultaten sterk uiteen, en “in belangrijke mate hing alles af van de aanvankelijke populariteit”, schrijft Sunstein. Een soortgelijke studie repliceerde die resultaten voor politieke kwesties: een Republikeinse kwestie kon omslaan om een kwestie voor Democraten te worden als zij zagen dat andere Democraten er belang aan hechtten, en omgekeerd.

Literaire roem blijkt even wispelturig te zijn. Romanschrijvers en dichters die wij nu als iconisch beschouwen, zoals Jane Austen en John Keats, stonden tijdens hun leven niet zo hoog aangeschreven. Austen verdiende een beetje aan haar romans, maar een vergelijkbare schrijfster, Mary Brunton, had veel meer succes. Keats stierf jong en meestal zonder bekendheid. Toen werd Austen door een biografie tot blijvende roem gestuwd. En Brunton is nu grotendeels vergeten. Wat Keats betreft, “iemand heeft een echt goede editie uitgebracht met [Keats] brieven, en zijn brieven zijn zo mooi,” zegt Heather Jackson, een gepensioneerde professor Engels aan de Universiteit van Toronto, die blijvende literaire roem bestudeerde. “Zijn lot paste in de mythe van het verwaarloosde genie.” Het hielp ook dat hij schreef over dingen die mooie illustraties opleverden. Toegang tot het literaire pantheon, zegt Jackson, vereist het voldoen aan drempels voor kwaliteit en kwantiteit, maar daarna nemen “toevallige omstandigheden het over”.

Op zijn minst heeft iedereen een kampioen nodig. Helaas vinden veel getalenteerde mensen er nooit een, zegt Sunstein. Hij haalt belangrijk werk aan onder leiding van Harvard-econoom Raj Chetty die het idee van “verloren Einsteins” introduceerde, een onbekend aantal mensen die innovatieve genieën hadden kunnen zijn, maar geboren en getogen zijn in gemeenschappen waar innovatie niet werd gecultiveerd. Voor hen zijn de omstandigheden – geboren worden in een gezin met een lager inkomen of een minderheid, bijvoorbeeld, of naar minder goed presterende scholen gaan – te vaak bepalend voor succes of mislukking.

Als we dat feit aanvaarden, kunnen we de deuren van de kansen wagenwijd openzetten. Het zou ons ook optimistischer kunnen maken over onze eigen kansen in het leven. “Te denken dat voor ieder van ons de weg naar succes of mislukking afhangt van kleine dingen die misschien een beetje verschoven kunnen worden als we er eenmaal alert op zijn, dat is leuk en een kans,” zegt Sunstein. “Iets zoals de bliksem kan inslaan, wat een glimlach op het gezicht kan brengen op een zware ochtend.”

vertaling: Henno de Jong
bron :