De eerste demotape van de Beatles, ooit in bezit van Brian Epstein, wordt bij Sotheby’s geveild

BFNLNieuws

Brian Epsteins eigen exemplaar van de eerste demotape van de Beatles wordt volgende maand te koop aangeboden bij Sotheby’s, in een speciale veiling, gewijd aan de Fab Four.

De tape, die door de band op 1 januari 1962 voor Decca Records werd opgenomen, is beroemd geworden, doordat deze door Dick Rowe, de A&R-baas bij dat platenlabel, werd afgewezen. Hij zei tegen Epstein dat ‘het was afgelopen voor gitaarbandjes’. Deze versie van de demo-opname is uniek, met iets langere takes van de nummers en werd het persoonlijk eigendom van Brian Epstein. De reel-to-reel tape was er één van twee die na de mislukte studiosessie aan Epstein waren gegeven en de enige die bewaard is gebleven. Door deze geweldige geschiedenis wordt verwacht dat de tape £50.000 tot £70.000 zal opbrengen (€60.000 tot €80.000).

De eerste demotape van de Beatles voor Decca Records, uit de persoonlijke collectie van Brian Epstein, geschat op £50.000 tot £70.000 (Foto: Sotheby’s)

De Beatles leerden het vak in de kroegen van Hamburg en als de lokale beroemdheden in Liverpool perfectioneerden ze hun act. Hun nieuwe manager Brian Epstein, zorgde ervoor dat ze een platencontract kregen. Op 1 januari 1962 reed de band door een sneeuwstorm van Liverpool naar Londen, om hun eerste professionele demo voor Decca Records op te nemen (Brian Epstein was zo verstandig om met de trein te gaan).

De Beatles waren teleurgesteld toen ze erachter kwamen dat hun studioproducer onervaren was. Ze waren te laat en hadden nog een kater van de vorige avond, maar gingen aan het werk en raffelden in één uur vijftien nummers af. De sessie was in feite een repetitie van hun live-set in de Cavern Club, met covers zoals Money en Memphis Tennessee, samen met de drie vroege originele nummers Like Dreamers Do, Hello Little Girl en Love Of The Loved.

Decca keurde de demo af en contracteerde in plaats daarvan Brian Poole And The Tremeloes, omdat zij uit Londen kwamen en minder zouden kosten dan de Beatles, die vanuit Liverpool naar Londen moesten komen om platen op te nemen. Alhoewel hij teleurgesteld was, gaf Epstein niet op en hij liet de demotape horen aan zijn vriend Robert Boast, manager van de HMV-platenwinkel in Londen.

In de kelder van de winkel was een kleine opnamestudio en platenperserij. Daar liet Epstein twee originele nummers persen van Lennon-McCartney: Hello Little Girl en Till There Was You (*) op een serie acetaatplaten, die hij aan directeuren van platenlabels kon weggeven. Zes weken later gaf hij een van die platen aan George Martin, producer bij EMI en de rest is rock-and-roll-geschiedenis.
In maart 2016 is de acetaatplaat die Epstein aan George Martin gaf verkocht tijdens een veiling van Omega voor £77.500 (€90.000), waar de plaat werd omschreven als een ‘Heilige Graal’-item voor
Beatlesverzamelaars. Gezien de persoonlijke connectie van de tape met Brian Epstein en de belangrijke rol die de tape speelde in het vormen van de carrière van de Beatles, zal het niemand verbazen wanneer de tape op 13 december de hoge geschatte waarde zal overschrijden en een bedrag van zes cijfers zal opbrengen.

(Bron: justcollecting.com)
(Vert: Liesbeth te Boekhorst)

(*) Noot van de redactie: Till There Was You is geen Lennon-McCartney-compositie, maar staat op naam van Robert Reiniger Meredith Willson. Hiervoor bestaan diverse bronnen, o.a. Mark Lewisohn: The Complete Beatles Chronicle blz. 364, de elpee/CD With The Beatles en wikipedia.