Het interview: Pete Best over zijn leven na The Beatles

BFNLNieuws

Alhoewel hij slechts een van de zes mensen is die zichzelf een ‘Beatle’ kan noemen, is Pete Best waarschijnlijk beter bekend als de grootste pechvogel in de muziekgeschiedenis. Hij werd ontslagen als drummer van de band toen deze aan de vooravond van ‘Beatlemania’ stond. Pete volgde zijn eigen weg in de wereld van de showbusiness, een weg die hem nu voor het eerst op het theaterpodium heeft gebracht.

Op de vooravond van zijn optreden in een stuk dat gaat over een zoektocht naar de banjo van onschatbare waarde van John Lennon, spraken wij met hem over de show, leven na de ‘Fab Four’ en het bezit van een groentezaak in Penny Lane.

Tekst van Lawrence Saunders.

Hoe ben je betrokken geraakt bij ‘Lennon’s Banjo’? Hiervoor heb je nog nooit geacteerd, toch?

Een paar jaar gelegen kreeg ik een boek toegestuurd, ‘Julia’s Banjo’ van Rob Fennah of Helen A. Jones, een van de twee die het boek heeft geschreven. Ik las het en dacht: dat is een aardig verhaal. Het is op feiten gebaseerd, grappig en nog veel meer. Op een dag was ik in de stad en kwam ik Rob tegen. Ik zei tegen hem dat ik wel een gastrolletje wilde doen als hij ooit het boek op de planken bracht. Hij lachte me min of meer uit, maar ik meende het echt! En ziedaar, later benaderde Rob mijn manager en vroeg of ik geïnteresseerd zou zijn in een gastrolletje in het stuk.

Ik ga mezelf spelen, hoe ze ook willen dat ik het doe. Ik heb tekst. Het is niet alleen maar het toneel oplopen en hallo zeggen en het weer verlaten. Ik vorm een toegevoegde waarde aan het stuk.

Had je ooit eerder gehoord over John Lennons banjo voordat je het boek las?

Ik hoorde over Johns banjo, of Julia’s banjo, toen ik John net kende, maar was het instrument totaal vergeten totdat ik het boek zag. Julia heeft hem een paar akkoorden leren spelen op de banjo, en vandaaruit ging hij, zoals zoveel muzikanten in Liverpool, over op de gitaar en de skiffle-gekte.

Denk je dat die banjo er nog steeds is, en alleen nog maar gevonden hoeft te worden?

Ik ben er zeker van dat hij er nog ergens is, dat is wat het zo geweldig maakt. God weet waar hij is, maar hij moet nog wel ergens zijn.

Terugkijkend op je vertrek uit The Beatles in 1962, heb je ooit gehoord waarom je weg moest?

Met mijn hand op mijn hart, tot op de dag van vandaag weet ik de werkelijke reden niet. Er zijn zat mensen vandaag de dag die er meer mee bezig zijn waarom of op welke manier ik The Beatles verliet, maar ik niet. Dat gebeurde bijna 60 jaar geleden, en ik ben er blij mee hoe mijn leven in de showbusiness zich heeft voortgezet. Dat is het leuke ervan. Ik ben er niet steeds mee bezig, ik heb mijn eigen band en ik treed over de hele wereld op. Ik ben een druk baasje en ik vind het geweldig.

Voelde je je min of meer gecompenseerd toen ‘Anthology 1’ uitkwam (een compilatie van zeldzame Beatles-nummers, outtakes en liveoptredens uitgebracht in 1995), omdat er tien nummers opstonden waarop jij meespeelt?

Dat was volkomen onverwachts. Ik wist wel dat ‘Anthology’ zou worden uitgebracht, maar ik lette er niet echt op omdat ik er nooit aan heb gedacht dat ik er ook op zou staan. Maar toen kreeg ik de aanbieding van Apple en ziedaar, ik stond op tien nummers, wat geweldig was. Zoals je zegt, na al die jaren wat het een beetje ‘ik moet toch wel aardig belangrijk zijn geweest als ik op 10 van de 60 nummers sta’.

Het grootste gedeelte van de royalties kwam toen het werd uitgebracht, en dat was de bekroning naar zo veel jaren. Ze druppelen nog steeds binnen, maar dan ga je naar een ander project zoals dit stuk, wat een geheel nieuwe ervaring voor mij is. “Het was voor mij ongelooflijk ‘Love Me Do’ op ‘Anthology’ te zien, want het was voor het eerst sinds meer dan 30 jaar dat ik het weer hoorde. Het herinnerde me aan vroegere tijden!” Een van die 10 nummers op ‘Anthology’ was de eerste opname van ‘Love Me Do’. Het moet toch nog steeds betekenisvol zijn om betrokken te zijn geweest bij de eerste single van The Beatles, en nog wel een van hun meest bekende nummers.

Dat is ook zo. Helemaal omdat die versie nooit afgemaakt is, het was de versie die we voor George Martin op 6 juni 1962 speelden (het eerste bezoek van The Beatles aan Abbey Road Studios). Nadat we het voor George hadden gespeeld, was het zo van ‘oké, laat mij m’n gang gaan, en als we er weer zijn leggen we er de laatste hand aan’.

“Het was voor mij ongelooflijk om het op ‘Anthology’ te zien, want het was voor het eerst sinds meer dan 30 jaar dat ik het weer hoorde. Het herinnerde me aan vroegere tijden!”

Niet lang nadat je de band had verlaten ben je gestopt met drummen, en je bent pas eind jaren 80 weer begonnen met optreden. Waarom heb je na zo’n lange tijd weer je drumsticks opgepakt?

Ik ben gestopt met de showbusiness voor mijn gezin. In 1988 hebben ze me overgehaald een optreden te doen bij een Beatles-conventie in Liverpool. Ik had dit soort verzoeken jarenlang geweigerd, maar in dit geval hadden ze me gestrikt en zei ik: ‘Oké, ik doe het!’. Mijn jongere broer Roag drumde samen met mij en we speelden ouderwetse rock & roll, geen Beatles-nummers, het was rock & roll.

“Ongeacht wat er is gebeurd, je moet toch wel trots zijn dat je jezelf een Beatle kunt noemen.” Het ging heel goed, en aan het eind van de avond kwam m’n moeder naar me toe en zei: ‘Pete, je weet het nog niet, maar je gaat weer de showbizz in’. Ik moest lachen, want ik dacht dat het maar voor één keer was, maar ze had gelijk, ik treed nu nog steeds op.

Ondanks alles wat er met The Beatles is gebeurd, en dat het voor jou een deel van je leven is wat voorbij is, ben je niet een beetje trots dat jij een van de slechts zes mensen bent die kan of kon zeggen: ‘Ik was een Beatle’?

O, jazeker. Er zijn veel mensen die vinden dat mijn bijdrage aan de band ‘baanbrekend’ voor wat er zou volgen was. Dus ja, ongeacht wat er is gebeurd, ik ben er toch wel trots op dat ik mezelf een Beatle kan noemen.

Als laatste, is het waar dat je vroeger een groentezaak in Penny Lane had?

Nee, maar er zijn veel mensen die dat denken! Er is zelfs een tourgids die dat op de radio heeft gezegd. Er was wel een groentezaak in Penny Lane, maar die was niet van mij. Ik heb geen idee waar dat verhaal vandaan komt. Ik heb veel dingen gedaan in m’n leven, maar ik heb nooit een groentezaak gehad!

(Bron: http://ymliverpool.com)

(Vert: Liesbeth te Boekhorst)