Het klassieke ‘White Album’ dat The Beatles in zijn geheel buiten zichzelf opnamen.

BFNLNieuws

Het was geen staatsgeheim dat The Beatles drugs gebruikten. Terugkijkend naar Rubber Soul, sprak George Harrison over de effecten, die het gebruik van marihuana had op die plaat. Paul McCartney vertelde dat hij Revolvers “Got to Get You Into My Life” schreef over wiet. Natuurlijk haalde de arrestatie van John Lennon in 1968 voor het bezit van hash alle twijfels over hun gebruik weg.

Het gebeurde hoofdzakelijk buiten de studio. Los van de paar incidentele voorvallen – die John en Paul hadden tijdens de Abbey Roadsessies – verliepen de meeste opnames van The Beatles nuchter genoeg. Gedurende de beginjaren van het werken met de band runde George Martin, de producent en vaderfiguur van de band (en het hoofd van Parlophone Records) een strakke studio. Echter, in 1968 waren de regels wat veranderd. Voor starters, The Beatles was de beroemdste band van de wereld en ze kwamen overal mee weg. Gedurende de ‘White Album’-sessies testten de Fab Four de grenzen van de mogelijkheden. tijdens een zeldzame afwezigheid van Martin. The Beatles waren compleet de weg kwijt tijdens de ‘Helter Skelter’-sessies.

Voordat de zieke geest van Charles Manson het te pakken kreeg, was de bedoeling van ‘Helter Skelter’ (volgens Paul) om het “hardste, naarste, liefste rocknummer” te worden dat The Beatles konden maken. De meesten waren het erover eens, dat de band daarin geslaagd was. In juli ’68 nam de band zijn eerste wilde variant op van het nummer en het werd gekker dan iemand had verwacht. Volgens technicus Brian Gibson duurde de derde take meer dan 27 minuten, waardoor het de langste Beatlesopname werd. Dat was pas de eerste aanslag op ‘Helter Skelter’. Om welke reden dan ook, liet de band het voor wat het was tot de tweede week van september. Op dat punt wisten ze, dat ze iets op moesten nemen wat beter te doen was. Dus gingen ze er weer mee aan de slag – maar deze keer was George Martin op vakantie. Terwijl de kat van huis was, vervolgden The Beatles met het proberen van verschillende manieren, om de waanzin van ‘Helter Skelter’ in te perken tot drie of vier minuten. “Ze waren die avond compleet van de wereld,” vertelde Gibson in de ‘Complete Beatles Recording Sessions’. De studiocapriolen lieten John zien op sax en George die een asbak in brand stak.

In 1865 poseerden The Beatles samen onder een groot spandoek waar ‘Help!’ op stond.

Gibson omschreef hoe de huisregels van de Abbey Road Studio’s werden gerekt voor de heilige koe van het label. “Iedereen wist wat voor middelen The Beatles namen, maar ze waren een wet op zichzelf in de studio,” vertelde hij aan Mark Lewisohn. “Zolang ze niets te buitensporigs deden, werd het getolereerd .”

Blijkbaar wilden de Fab Four zien hoeveel er getolereerd zou worden. John Lennon, die waarschijnlijk de club leidde, bespeelde een bas en een saxofoon op verschillende punten in de sessies. George Harrison besloot om een ongebruikelijke studiotruc te gebruiken. “George had een asbak in brand gezet en rende ermee rond boven zijn hoofd,” zei Chris Thomas die, die avond, inviel voor George Martin. “Al met al een behoorlijk ongedisciplineerde sessie, zou je kunnen
zeggen !” Nou ja , het was alleen maar ongedisciplineerd te noemen, wanneer je een heldere, normale opname had gewild. Aangezien de band ging voor ‘grimmig’, ‘lastig’ en ‘zoetig’, kunnen we zeggen dat ze een ideale aanpak hadden.

(Bron: cheatsheet.com)
(Vert: Trix van Twist)