Meningen

BFNLAlbum recensies, Then There Was Music

‘Nee! Volgende week vrijdag!’ Ik zag dat de man achter de toonbank moeite moest doen om zijn ergernis te verbergen. Hij had het mij al vaker moeten zeggen, maar ik bleef hopen op een wonder. Of eigenlijk kon ik gewoon niet wachten. Ik kon niet wachten tot het nieuwe album (‘London Town’) eindelijk in de winkel zou liggen. Meestal kwam het als een verrassing als er weer eens een nieuw Beatlessolo-album in de winkel lag, maar soms werd er zoveel reclame voor een release gemaakt dat zelfs ik het niet kon missen. Met een flink portie stress tot gevolg.

Een voordeel van ouder worden is dat je iets meer leert relativeren. Gelukkig maar, anders had ik de afgelopen jaren geen leven gehad met het grote aantal nieuwe releases van zowel groeps- als solo-materiaal. Nee, ik laat me niet meer gek maken. Dat dacht ik althans tot afgelopen vrijdag. Die dag leverde het wachten op de bezorger van post.nl weer eens ouderwets stress op. Ik koop mijn vinyl doorgaans in een winkel, maar omdat ik persé de versie op gekleurd vinyl wilde hebben moest ik mijn toevlucht nemen tot het internet.

Na alle boxsets die de afgelopen jaren zijn verschenen die ik enkel met gezonde nieuwsgierigheid tegemoet zag, voelde het bij deze 1962-1966/1967-1970 release alsof er iets nieuws zou verschijnen. In zekere zin is dat natuurlijk ook zo. Nieuwe technische middelen maken het mogelijk om het niet optimale stereobeeld van de jaren zestig te vervangen door een moderner klanklandschap. Vooral de rode set zou bijna onherkenbaar anders moeten klinken. ‘Revolver’ smaakte naar meer. Naar veel meer. Met lang vergeten stress tot gevolg.

‘U wilt hier rechtsaf. Mag dat?’ Oudere streekgenoten herkennen in deze woorden waarschijnlijk een citaat van Herman Finkers uit een schets met de naam ‘diavoorstelling’. Getoond wordt op dat moment een dia van een verkeerssituatie waarbij je enkel linksaf kunt slaan. Een verkeerde vraagstelling. Een onzinnige vraag. In het verlengde daarvan wil ik hier ook een onzinnige vraag stellen.

Mag je het werk van The Beatles en van George Martin eigenlijk wel onderhanden nemen op de manier waarop dat de laatste jaren gebeurt? Kun je het wel maken om het op die manier, op essentiële aspecten te veranderen? Voordat mensen die tot hier gelezen hebben zich zorgen gaan maken: ik vind dat dat kan. Maar ik maak me tegelijkertijd ook zorgen.

Ik kom hierop omdat A.I. het mogelijk heeft gemaakt om ‘Now And Then’ alsnog uit te brengen, waarna na het succes van die release al vrij snel artikelen in respectabele tijdschriften etc. verschenen die suggereerden dat er nog veel meer mogelijk zou zijn en dat dit nummer niet de laatste single zou hoeven zijn. Een beangstigende gedachte. Vier mensen en hun producer creëren muziek van een ongelooflijk niveau. Hun erfenis voor de wereld en voor toekomstige generaties. Die generaties hebben de plicht dat werk met respect en een gevoel van nederigheid en je plaats kennen te behandelen.

‘Jongens, die nachtwacht is wel een beetje een somber ding. We gaan de kleuren opleuken. Het kan wel wat hipper.’ Je kunt met zekerheid stellen dat dat nooit serieus overwogen zal worden. In zekere zin gebeurt dit met het Beatles-repertoire nu wel. Het enige verschil is dat het oude vertrouwde naast het nieuwe blijft bestaan. De oude albums zijn nog te koop. Voorlopig althans. Wij, de oudere fans kunnen terecht bij de albums die we lang geleden kochten. De jongere generaties kunnen hun collecties uitbreiden met de oorspronkelijke releases door tweedehands platenbakken te doorzoeken, of m.b.v. Discogs of door genoegen te nemen met de niet helemaal optimaal klinkende 2009 releases. Deze laatste uitgave is in veel gelijk aan de oorspronkelijke uitgaves, maar uiteindelijk is het toch een surrogaat voor de analoge warmte en het meer driedimensionale klankbeeld van de oorspronkelijke uitgaves. Ze klinken wat ‘platter’ en beduidend minder warm.

De fantastische mono-box biedt ook al geen soelaas. De oplage was zeer beperkt, is inmiddels uitverkocht en een heruitgave zit er niet in.

Als mono niet te krijgen is, de oorspronkelijke, analoge albums zeldzaamheidswaarde krijgen en je op termijn enkel kunt kiezen tussen de niet optimaal klinkende 2009 albums met de oorspronkelijke mixen en de veel eigentijdser en beter (beter niet qua mix maar qua warmte etc.) klinkende remix-uitgaves, is het dan niet denkbaar dat de oorspronkelijke versies ooit verdwijnen?

Er komt waarschijnlijk een moment waarop nieuwe fans deze schitterende muziek enkel nog kunnen leren kennen middels de klank van de heruitgaven. Er komt in ieder geval een moment waarop de muziek zoals deze geklonken heeft in de oren van de mensen die erbij waren toen de albums opgenomen werden museale waarde krijgt. Nieuwe fans zullen op termijn het dichts bij de originelen kunnen komen middels de 2009 versies met hun stevige bas en over het algemeen in meerdere opzichten hardere klanken. En mocht uitkomen wat Universal denkt, dat de moderne mixen jonge mensen meer aan zullen spreken, zal de verkoop van de 2009 uitgaves uiteindelijk teruglopen. Blijven ze dan op de markt?

Om met Herman Finkers te spreken: ‘Mag dat?’ Commerciële belangen en artistieke verantwoordelijkheid zijn niet bepaald een gouden combinatie.

Niets ten nadele van de nieuwe mixen, ik geniet er echt van, maar de gemaakte keuzes koppelend aan de steeds vaker gehoorde gedachte dat A.I. maakt dat ‘Now and Then’ NIET de laatste single hoeft te zijn…..Ik vind dat niet heel veilig voelen. Nog niet zo lang geleden was het werk van kunstenaars voor altijd veilig. Nu kan elke digitale kunstenmaker die er wat over te vertellen krijgt zijn handelsmerk, zijn kleuren verbinden met het scheppen van de werkelijke kunstenaars. Mochten dan ook nog de analoge albums zoals de eerste fans die gekend hebben uit beeld raken, wat niet ondenkbaar is, worden The Beatles van de toekomst een ander fenomeen dan de band waarmee ik ben opgegroeid. Als alles digitaal mogelijk is is er behoefte aan mensen met beslissingsbevoegdheid die gevoel hebben voor de artistieke waarde van originelen. Maar ja, geld en beslissingsbevoegdheid, het gaat niet altijd op een goede manier hand in hand.

En eigenlijk begon de ellende al met streaming en de mogelijkheid een playlist te maken. Artiesten die albums ooit maakten met een overkoepelende gedachte, bereiken nieuwe fans nu vaak in lossse songs. ‘Mag dat?’ Natuurlijk mag dat, maar is het jammer? Absoluut! De herinneringen aan kennismakingen met albums als geheel, verbaasd zijn over de ontwikkeling tussen ‘Pepper’ en ‘The White Album’ behoren tot de mooiste van mijn leven. Voor geen goud zou ik die willen missen. Tegenwoordig beluister je ‘She loves You’ gevolgd door ‘Revolution’. Waar blijft het verhaal dat de heren te vertellen hebben? En even voor de duidelijkheid: ik heb een abonnement op Qobuz en stream met regelmaat via een streamer, dus ik heb niets tegen het fenomeen.

Het is alleen wel goed om je te realiseren dat winst op het ene vlak vaak gepaard gaat met verlies op een ander vlak.

Het is mijn probleem niet, ik ben immers voorzien, maar zoals ik de nachtwacht niet in graffiti kleuren wil ondergaan, wil ik ook het Beatles-oeuvre niet enkel in de nieuwe mixen ervaren. En dat heeft helemaal niets te maken met de kwaliteit van deze mixen, maar alles met het bewaren van het gedachtegoed van vijf geniale mensen. Vier Beatles en hun producer.

Begrijp me niet verkeerd; ik heb elke heruitgave (remix), beluister deze graag en met regelmaat en koop ook alles wat volgt honderd procent zeker. Maar als ik moest kiezen zou ik toch voor het oude kiezen.

De albums (1962-1966 en 1967-1970) zijn nog maar een paar dagen uit en de uploads op YouTube en de artikelen in kranten etc. hierover zijn al niet meer te tellen. Iedereen heeft een mening. De één vindt het geweldig, een ander vindt het niets. De één vindt het geweldig maar bepaalde songs niet, een ander vindt juist deze songs er met kop en schouders bovenuit steken.

Meningen, meningen, meningen.

Aanvankelijk was ik van plan om over een aantal weken, als alles een beetje bezonken zou zijn, een inhoudelijke analyse te schrijven, mijn mening te geven. Nu ik alles (meerdere keren) beluisterd heb denk ik dat dat voor mij niet werkt omdat het complexe materie is en blijft.

Het mooiste aspect van die heruitgaven is voor mij dat ik, als iemand die al decennia naar deze muziek luistert, de songs op een nieuwe manier kan ervaren. Die frisheid is geweldig. Daar komt nog bij dat ik heel blij wordt van een extra piano-nootje, een klap hier, een gitaarnootje daar, een enthousiaste roep van McCartney op de achtergrond, die ik nog nooit gehoord heb.

De muziek verveelt nooit, maar de alertheid m.b.t. het luisteren wordt groter als je vertrouwde songs in meerdere ‘versies’ kunt beluisteren. Het oud vertrouwde voelt daardoor ook weer frisser.

De vraag: wat vind ik er nu eigenlijk van? is moeilijk te beantwoorden. Het is een beetje een gevalletje ‘winst en verlies rekening’.

Een paar voorbeelden.

‘I am the Walrus’.

Al vanaf de eerste kennismaking stoort me het mono/fake stereo van het origineel vanaf het moment dat de radio-uitzending erbij komt. Veel beter in de remix. Maar aan de andere kant: wat doet die ‘drop’ in volume rond dezelfde plek? En waarom zijn de achtergrondkoortjes tegen het eind zoveel minder prominent aanwezig? Waarom zingt Paul’s bas minder? Die plopt vooral. Maar aan de plus kant staat dan weer dat de vele elementen die het klankbeeld bepalen erg mooi naar voren komen.

‘The Fool on the Hill’

Ik heb de eerst zinnen gezongen door Paul nog nooit zó mooi gehoord. De emotie tegen het eind van die zinnen heeft een kwetsbaarheid (het zachter worden en de lichte trilling) die me in de oorspronkelijke mix nooit zo extreem is opgevallen. Maar helaas klinkt de bas gedurende twee korte momenten gespeeld op een mondharmonica minder zwaar. Ik mis die bassige mondharmonica klank in de maten met mondharmonica. Dat was, toen ik de song leerde kennen een ongelooflijk ‘wow!’ moment. Heeft niets te maken met of de nieuwe mix beter of slechter is. Ik mis ‘mijn’ moment.

‘Strawberry Fields Forever’

De verbinding tussen de twee gebruikte takes is in de nieuwste mix veel naadlozer. Deze verbinding die George Martin altijd stoorde klinkt nu perfect en beide takes zijn verder ook niet meer zo extreem als verschillende delen te herkennen. Het is organischer. Maar waarom hebben ze het tellen voorafgaand aan de swarmandal-inzetten weggehaald? Dat hoort er gewoon bij.

‘Penny Lane’

Evenals de vorige song een iets oudere mix. Het stereobeeld is prachtig. Een verbetering? Ik weet het niet, maar wel mooi. In de oorspronkelijke mix klinken de verschillende piano-partijen meer geklusterd waardoor in dat ene geluid het ene moment de ene piano-klank boven komt drijven, terwijl even later een andere klank meer aanwezig is. In de meer recente mix zijn de piano’s een beetje meer gescheiden. Iets meer links of centraal in het stereobeeld. Wel duidelijker omdat je als luisteraar zo beter hoort dat het meerdere piano’s zijn. Maar stiekem vind ik dit aspect in de oorspronkelijke mix heel, heel veel mooier. Detaillering staat niet altijd gelijk aan winst.

‘Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band’

De stilte (1967 mix) van het begin in één kanaal heeft me altijd gestoord. Gek genoeg, na het een paar keer beluisteren van de 2017 mix mis ik deze stilte, waarna ik terug keer naar het oude vertrouwde. Maar na een paar keer stilte op één oor…..je raadt het al.

‘Come Together’

Ik wil het niet hebben over de voor- en nadelen van deze mix. Er is één ding dat me ongelooflijk stoort. In 1969 vindt een geïnspireerde Lennon het een goed idee om (zo goed als) te eindigen met een climax: ‘Come Together…..yeah…….Come Together Yeaeah……..Come Together……YEAEAEAH……Come Together…YEAEAEAEAEAEAEH!’. Nu klinkt er van alles mee. Een man die meer toegang tot het ongrijpbare van de inspiratie had dan wij allemaal bij elkaar, meer toegang ook dan Giles, heeft ooit een keuze gemaakt. Mocht hij al meer gedaan hebben dat eruit gefilterd is door Martin, heeft hij daarna gehoord dat het goed was en zijn ‘ok’ gegeven. Nu is die opbouw vestoord. Waarom? Waar is hier sprake van winst? Om Finkers nog maar eens aan te halen:

‘Mag dat?’ Ik vind dat dit coda in al zijn onbeduidendheid laat zien hoe belangrijk verantwoordelijkheidsgevoel is bij de mensen die de remix-werkzaamheden mogen uitvoeren.

Dus wat vind ik er van?

De jongere generaties moeten interesse houden in The Beatles. Een argument vóór de modernere mixen. Een goed argument. Maar mijn ervaring, vanuit mijn praktijk als muziekdocent is dat tieners die piano willen leren spelen de oudere popmuziek heel goed kennen. Veel van hen adoreren The Beatles. Vaak schaffen ze een platenspeler aan en weten de weg in de bakken met tweedehands vinyl in de winkels in de buurt te vinden.

Misschien moeten we als maatschappij ook eens kijken naar wat we jonge mensen aan willen bieden. Nogmaals; ik geniet van de nieuwe mixen, maar wel naast de oorspronkelijke. Uiteindelijk zijn de mixen van de bron onvervangbaar. Ondanks alle imperfecties. Ook de onvolkomenheden zijn onderdeel van de magie.

Ik ben blij met elke nieuwe luisterervaring. Het naast elkaar is geweldig. Elke mix heeft sterke en minder sterke kanten. De discografie van The Beatles bestaat uit een beperkt aantal albums, gecreëerd in pak ‘m beet acht jaar. Inmiddels doen wij, de eerste fans het er al meer dan vijftig jaar mee. De nieuwe luisterervaring is een geweldige aanvulling met alle plussen en minnen. Deze ervaring blaast ook het stof van de meer dan vertrouwde oorspronkelijke albums, die ik na het mogen beluisteren van elke nieuwe mix weer met heel, heel veel plezier beluister.

Ik hoop alleen dat alle albums ook tot in alle eeuwigheid in de oorspronkelijke mixen (liefst analoog) te koop blijven.

– Ton Steintjes –