Paul McCartney: Laatste grote, laatste goede, eerste slechte album. Een rondetafelgesprek

BFNLNieuws

Als Paul McCartney na het uiteenvallen van de Beatles had besloten dat hij niest meer met muziek wilde doen, zou hij nog steeds de geschiedenis zijn ingegaan als een van de grootste muzikale songwriters. Paul hield er niet mee op – verre van dat. In plaats daarvan begon hij aan een van de meest productieve solocarrières in de rockwereld. Samen met Wings, met zijn vrouw Linda, of in pure eenmansbandsituaties heeft McCartney een aantal tijdloze albums gemaakt. Natuurlijk, geen artiest is perfect en tijdens zijn 50 solojaren, heeft Macca zijn deel van onthutsende beslissingen genomen en regelrechte blindgangers gemaakt.
Hieronder debatteren vijf personen over Paul McCartneys laatste geweldige, laatste goede en eerste slechte album.

  1. Wat was het laatste geweldige album van Paul McCartney en waarom?

Michael Gallucci: Chaos and Creation in the Backyard    Het album uit 2005 haalde McCartney voor het eerst in decennia uit zijn comfortzone. Hij nam het grootste deel van het album zelf op, nadat hij jarenlang een beroep deed op professionals uit de studio en gaf het project voor het eerst in 20 jaar uit handen aan een producer. Nigel Godrich, vooral bekend van zijn werk met Radiohead, leidde McCartney naar zijn meest zelf-reflecterende en  meest persoonlijk klinkende plaat sinds Tug Of War uit 1982 (hoewel Flaming Pie uit 1997 in de buurt komt).

Ryan ReedChaos and Creation in the Backyard.  Het voelt aan als de laatste keer dat McCartney zichzelf pushte om te experimenteren (met dank aan oud-Radiohead-producer Nigel Godrich) en om kunst voorrang te geven boven het najagen van een hitsingle. Nummers als het dromerige, met strijkers doordrenkte “Riding To Vanity Fair” en de met vingervlug geplukte folkballade “Jenny Wren” (met een adembenemende solo op de duduk, een Armeens houtblaasinstrument) klinken minutieus gearrangeerd op een manier zoals het meeste van zijn post-Beatleswerk dat nooit was. Plus, hij eindigde nog steeds met die perfecte popsingle: de kletterende piano-rocker “Fine Line.”

Nick DeRiso Chaos and Creation in the Backyard uit 2005. Een typisch knipogende McCartney maakte met Chaos and Creation zijn meest serieuze en pretentieloze LP ooit, een album dat bij latere luisterbeurten alleen maar uitgroeit tot een rijkere ervaring. Het resultaat is niet alleen een doorslaand succes: het is een van McCartneys allerbeste albums uit welke tijd dan ook.

Allison RappFlowers in the Dirt.  Zowel McCartney als Elvis Costello leken op het juiste punt in hun carrière voor een dergelijke samenwerking  en ik hou ervan dat je nog steeds elementen van de persoonlijke stijl van elke muzikant kunt herkennen, terwijl je toch iets smaakt dat samenhangend aanvoelt. De twee konden niet altijd met elkaar opschieten tijdens het proces, maar eerlijkgezegd hebben die tegenstrijdigheden in het voordeel van de plaat gewerkt — het maakte het meer oprecht. Er zal nooit meer een John Lennon zijn, maar door samen te werken met Costello werkte McCartney opnieuw samen met een even vernieuwende geest met een levendige verbeelding. Het loonde de moeite.

Corey Irwin:Egypt Station, maar McCartney III kwam wel heel dichtbij. Op Egypt heeft Macca de perfecte balans gevonden tussen het geluid dat we allemaal van hem verwachten en zijn verlangen om voortdurend te experimenteren. De tekstuele onderwerpen varieerden van drugsgebruik (“Happy With You”) tot politiek (“Despite Repeated Warnings”) en toch paste elk nummer op natuurlijke wijze in het  raamwerk van een pseudo-conceptalbum. Egypt Station was een complete inspanning van voor tot achter en ongetwijfeld zijn eerste “grote” werk in meer dan een decennium.

  1. Wat was het laatste goede Paul McCartney-album en waarom?

Gallucci: Egypt Station (2018) was net raar en toegankelijk genoeg om te klinken als een hedendaagse versie van Ram uit 1971. McCartney is het punt voorbij waarop hij een echt experimenteel werk zal uitbrengen (althans onder zijn eigen naam), maar Egypt Station neemt veel meer risico’s dan de meeste artiesten van McCartneys leeftijd en statuur doen, maar voor elk interessant nummer hier, is er een ander dat niet echt ergens heen gaat.

Reed: McCartney III, zijn achttiende solo-elpee, is geen hoogtepunt in zijn carrière, maar hoeveel songwriters hebben op hun 78ste zo’n goed album uitgebracht? McCartneys quarantaineproject, dat teruggrijpt op de semi-ongecompliceerde one-manband-aanpak van zijn eerste twee titelloze albums, voelt charmant lukraak aan – het geluid van een muzikale reus die zijn hitparade-ambities laat varen om gewoon wat te rotzooien en wat plezier te maken. Gelukkig klinkt niemands geklooi beter: van de “Blackbird”-achtige fingerpicking van “The Kiss Of Venus” tot de met de hand gemaakte psych-pop van “Seize The Day”.

DeRiso: Memory Almost Ful (2007)l. Een geweldige mix van elementen uit de breedte van McCartneys gevarieerde carrière, deze elpee is alleen maar beter geworden met de jaren. Tegelijkertijd maakte “The End Of The End” de meer verontrustende thema’s duidelijk, omdat McCartneys op dat moment recente echtscheiding hem eindelijk naar een meer contemplatief gebied leek te sturen. Welkom, inderdaad.

Rapp: Ik vind Flaming Pie best goed, maar ik herken ook de aspecten die het ervan weerhouden geweldig te zijn. Als er zoiets bestaat als te veel Jeff Lynne, is dit het misschien? Zelfs afgezien daarvan, is het een heel druk album waarop veel gebeurt. Je kunt maar beter voorbereid zijn om bij te blijven.

Irwin: Ik weet niet zeker waarom ik lage verwachtingen had voor McCartney III – misschien heeft de pandemie me in een pessimist veranderd. Hoe dan ook, het album heeft me volledig weggeblazen. Opener “Long Tailed Winter Bird” biedt een van de meest hypnotiserende riffs van het album, terwijl “Find My Way” zo verdomd aangrijpend was dat ik het onbedoeld zong tijdens mijn dagelijkse bezigheden. McCartney III had echt een beetje van alles. Wil je wat blues-rockbranie? Hier is “Lavatory Lil.” Behoefte aan wat tedere romantiek? Geniet van “The Kiss Of Venus.” Gewoon door en door een solide album.

  1. Wat was het eerste slechte album van Paul McCartney en waarom?

Gallucci: Alle Beatles gebruikten hun eerste albums om te verklaren dat ze niet alleen Beatles waren: John Lennon maakte een reeks onbeluisterbare  noise-collagerotzooi met Yoko Ono, George Harrison waagde zich aan wereldmuziek voor een soundtrackelpee  en Ringo Starr keerde terug naar zijn kindertijd met een plaat met standard-klassiekers. McCartney gebruikte zijn titelloze debuutsoloalbum uit 1970 als een eenmansduik in zijn studio. Jammer dat hij vergat om er memorabele liedjes voor te schrijven. “Maybe I’m Amazed” is wel goed.

Reed: Huiselijke ruwheid en eenvoud werkten prima op McCartneys debuutsolo-elpee, grotendeels omdat hij nummers had om het allemaal in evenwicht te houden. Het eerste Wings-album Wild Life, is net zo lo-fi, maar de melodieën zijn er niet. Het is een van de weinige Macca-gerelateerde albums waar bijna niets werkt: de sfeer is vlak van begin tot eind, alsof je luistert naar de eerste jamsessie van een band voordat die een memorabele riff of woordkeuze heeft gemaakt. Gelukkig had die gast nog een paar nummers in petto.

DeRiso: Het duurde niet lang – Wild Life uit 1971. Misschien in een poging om het idyllische tafereel op de hoes te reproduceren, is Wild Life een  niet ambitieus debuut voor Wings, een van de grootste hit-makers van die tijd. Deze liedjes klinken voor de helft te schattig en de andere helft neemt de dag vrij.

Rapp: Voor mij is het waarschijnlijk Back To The Egg. London Town heeft McCartney ook geen goed gedaan, maar ik zou willen dat hij daarna een stapje terug had gedaan om zich te hervinden; na te denken over wat hij wilde dat zijn geluid zou zijn op het volgende album en zich te richten op hoe hij terug kon komen. In plaats daarvan heeft hij gekozen voor een “gooi maar wat tegen de muur en kijk wat er blijft hangen”-proces en dat heeft duidelijk niet erg goed uitgepakt.

Irwin: Wild Life. Misschien voelde hij druk om voor het eerst sinds het einde van de Beatles deel uit te maken van een band. Misschien was zijn hart in het begin niet zo toegewijd aan de onderneming als het zou moeten zijn. Wat de reden ook was, McCartneys eerste poging met Wings was gewoon ongeïnspireerd. De songs zijn niet per definitie “slecht”, ze zijn eerder makkelijk te vergeten.

  1. Welk album van Paul McCartney was net niet goed en waarom?Gallucci: Flowers In The Dirt had alles in zich om een goed album te worden. McCartney had creatieve en commerciële teleurstellingen achter de rug, dus haastte hij zich niet met de sessies die het album 1989 opleverden. Hij werkte met een aantal verschillende producers en schreef mee aan een aantal nummers met Elvis Costello, maar ergens zijn al die goede bedoelingen uitgemond in een overwegend saai, super-overzichtelijk en over-gepolijst werk met slechts een handvol goede nummers.

Reed: Wings At The Speed Of Sound, ook al staan er een paar enorme knallers op. De standaardsamenvatting van de critici is dat het vijfde album van Wings een mislukt experiment in democratie was – om te laten zien dat ze meer waren dan McCartney, zijn vrouw en wat ingehuurde krachten. Dat is niet helemaal eerlijk: Denny Laines rocker “Time To Hide” is een van de stevigste nummers van de plaat, maar het geheel heeft iets weg van een in elkaar geflanst geheel  en het is moeilijk om een leadzang te rechtvaardigen voor iemand die niet Paul McCartney heet. Hoe dan ook, ze eindigden met twee transcendente (hoewel toegegeven: lichtgewicht) pop-rockklassiekers: “Silly Love Songs” en “Let ’Em In”.

DeRiso: Tug Of War (1982). Overgewaardeerd in die tijd door een grote groep fans die nog aan het bekomen was van de moord op John Lennon, kan Tug Of War nu gezien worden als een nobele mislukking. McCartney dumpte Wings ten gunste van een huis-tuin- en keukenbenadering van muziek maken en die nieuwe vrijheid leidde tot een uitgesproken ongefocust resultaat.

Rapp: Driving Rain komt op mij over als een overgangsplaat die een heleboel prachtige kenmerken heeft (McCartneys basspel, de strijkersarrangementen), maar die tegelijkertijd een beetje moeilijk te vatten is. Ik weet niet of hij in tijdnood zat, maar er zijn enkele tracks die niet af zijn, of in ieder geval niet op gelijke hoogte staan met de rest van het album.

Irwin: Memory Almost Full was een prima release, maar het had zo veel meer kunnen zijn. McCartney koos voor een nostalgische benadering voor de elpee uit 2007, waarbij hij alles van zijn jeugd tot zijn toenmalige scheiding als tekstuele inspiratiebron gebruikte. Een dergelijke methode is zeker boeiend – en in de handen van een van ’s werelds grootste songwriters, een reden voor fans om opgewonden te zijn. Toch: het eindresultaat voelde als Sir… Paul die zich maar gedeeltelijk inzette voor de oefening. Terwijl “The End Of The End” en “Mr. Bellamy” duidelijke hoogtepunten waren, was “Dance Tonight” slechts een formule (met een ronduit irritant refrein). Memory had een triomf kunnen worden, maar belandde in plaats daarvan ergens in de categorie “gewoon behoorlijk”.

  1. Denk je dat Paul McCartney weer een geweldig album zou kunnen maken? Waarom of waarom niet en wat zou er voor nodig zijn?

Gallucci: Ik denk dat hij het in zich heeft om een ” geweldig ” album te maken, zoals Bob Dylan in zijn late carrière. Zal het zo geweldig zijn als Ram of Band On The Run? Nee, net zoals Modern Times niet Blonde On Blonde is, maar het is mogelijk dat als McCartney zijn commerciële aspiraties laat varen en voluit gaat voor Ram-achtige muzikale wendingen. Dan zal  er zeker nog een album komen dat zijn legende en nalatenschap waardig is.

Reed: Hij heeft veel solide albums gemaakt in de laatste tien jaar – je zou een sterke compilatie kunnen samenstellen uit de hoogtepunten van New, Egypt Station en McCartney III en dat is goed genoeg voor McCartney, een liedjesschrijver die in de afgelopen eeuw meer aan de populaire muziek heeft gegeven dan wie  ook. Ik denk dat zijn beste kans op een geweldig album zou komen van een verandering in zijn productieteam – het is geen toeval dat Godrich, een van de weinige moderne productiegenieën van rock, de weg baande naar zijn laatste klapper.

DeRiso: Ja. Het is zo dat McCartney al jaren midden in een kleine renaissance van een zeer late carrière zit. Geen van zijn meest recente elpees was een schande – zelfs zijn in zijn eentje opgenomen lockdownproject  McCartney III, waar alle recht toe was – en sommige waren best goed.

Rapp: Het categoriseren van McCartney-albums voelt buitengewoon moeilijk, omdat er in mijn ogen minstens een half dozijn creatieve versies van hem zijn, die in de loop der jaren allemaal heel andere muziek hebben gemaakt, maar ja, ik denk wel dat hij het in zich heeft. Ik denk dat het een  soort  á la Bob Dylan Rough And Rowdy Ways-achtige aanpak zal zijn, waarbij hij zijn tijd neemt om te schrijven en dan rustig een handvol topsessiemuzikanten bijeenbrengt. Geen grote fanfare, geen chique samenwerkingen, gewoon McCartney die geduldig doet waar hij goed in is.

Irwin: Ik bedoel, heeft hij niet al bewezen dat hij het kan? Zijn laatste twee albums zijn zeer goede aanvullingen op zijn toch al ongeëvenaarde nalatenschap. Hij is altijd bereid om nieuwe experimenten toe te voegen aan zijn traditionele geluid, wat betekent dat we zelden nummers krijgen die aanvoelen als herhalingen van eerder werk. Hij blijft ook zeer bereid om nieuwe trucs te leren – zoals blijkt uit zijn werk met jongere, moderne artiesten. Is er een andere rocker, tegen de 80, die nog steeds bereid en in staat is, om zulk waardig nieuw materiaal te creëren? Als dat zo is, dan is dat een machtig kort lijstje.

Paul McCartney-albums Gerangschikt

  1. ‘Wild Life’ (1971)

De meeste Wings-albums – zelfs het uitgesproken kleinschalige London Town – hebben de neiging om in de loop der jaren te groeien in kritische waardering. Deze niet. Misschien in een poging om het idyllische tafereel op de hoes te reproduceren, is Wild Life een weinig ambitieus debuut voor een van de grootste hitmakers van die tijd. De ene helft klinkt te schattig en de andere helft neemt vrij.

  1. ‘Driving Rain’ (2001)

Driving Rain is vreemd genoeg, zelfbewust het geluid van een artiest die twee delen van zijn vak probeert te combineren – een natuurlijke neiging tot sierlijke pop en een interesse in langere vormen. McCartney worstelde ook met de balans tussen het verlies van zijn vrouw Linda en de komst van een nieuwe liefde. Een van de weinige keren ooit, lukt het gewoon niet. Driving Rain komt over als toegeeflijk, ondoordringbaar en op een vreemde manier losgekoppeld.

  1. ‘McCartney II’ (1980)

Dit album van soms humoristisch ongenuanceerde probeersels met een toen nieuw keyboard had, misschien voorspelbaar, een tekort aan tijdloze concepten. Toch vind je de contouren van een stevige rocker op “On The Way”, het bijna te zoete “Waterfalls” en een nerveuze doorloop van de  hit “Coming Up”. Niets ervan is perfect, maar het melodieuze en toegankelijke “One Of These Days” komt een beetje in de buurt.

  1. ‘Pipes Of Peace’ (1983)

Als Pipes Of Peace  klinkt als restjes van Tug Of War, dan is dat omdat het dat ook is. Elders roept McCartney Michael Jackson er weer bij voor een duet, maar na “The Girl Is Mine” komt “Say Say Say” als volkomen oppervlakkig over. Zelfs een samenwerking met Ringo Starr (“So Bad”) valt tegen.

  1. ‘Press To Play’ (1986)

Het geweldige Strangehold positioneren als het hoofdnummer van deze vaak uitputtend gemechaniseerde elpee  is misleidend, want Press To Play maakt de belofte van dat eerste nummer nooit waar. Net als bij Red Rose Speedway komt het dieptepunt van het album in de vorm van de leadsingle “Press”, een glimmend hoopje MTV-klare, door Hugh Padgham geproduceerde drek.

  1. ‘London Town’ (1978)

De tweede keer was niet de charme. In London Town werd Wings opnieuw gereduceerd tot een drietal – maar vijf jaar later konden ze niet nog een Band On The Run neerzetten. In plaats daarvan dreigde Wings te vervallen in een karikatuur op een te kostbaar project dat wanhopig een punky attitude nodig had. McCartney moet zich dat gerealiseerd hebben, want hij begon Wings opnieuw te herstructureren.

  1. ‘Wings At The Speed Of Sound’ (1976)

Wings’ eerdere Venus And Mars slaagde er beter in een evenwicht te vinden tussen miniatuurgenoegens en afleidende eigenaardigheden. De ijverige McCartney probeert de dingen hier wat aan te kleden – hij voegt bijvoorbeeld een lenige, eindeloos onderhoudende baslijn toe aan “Silly Love Songs”,  en een pittige blazerssectie aan “Let ‘Em In”, maar het meeste is een tegenvaller. Erger nog: McCartney zingt niet eens veel van de nummers.

  1. ‘Off The Ground’ (1993)

Er zijn momenten waarop deze elpee onverdraaglijk kan zijn. De single “Biker Like An Icon”, die een thema voortzet, is op geen enkele manier representatief. Het album is ook bezaaid met grotendeels broddelwerk om snel te vergeten, maar elders biedt McCartney een aantal goed geconstrueerde popsongs en een laatste paar scherpe Elvis Costello-samenwerkingen. Dat is net genoeg om de rest goed te maken.

  1. ‘New’ (2013)

Het nieuwste aan New is misschien wel hoe comfortabel McCartney zich voelt in deze totaal andere tijd. Er zijn wel wat nieuwigheden, maar niets dat te veel buiten het raamwerk van zijn gevestigde aanpak valt. New  is een update van zijn geluid, maar niet in die mate dat het een hedendaags curiosum is. Het is een zonovergoten bevestiging van alles wat McCartney tot een van de besten aller tijden maakt.

  1. ‘Tug Of War’ (1982)

Tug Of War, dat destijds overgewaardeerd werd door de fans die nog aan het bekomen waren van de moord op John Lennon, kan nu gezien worden als een nobele mislukking. McCartney dumpt Wings ten voordele van een huis- tuin- en keukenbenadering van muziek maken en die nieuwe vrijheid leidt tot een absoluut ongefocust resultaat. Op zijn best schittert Tug Of War, maar voor elke “Take It Away”  is er een “Ebony aAd Ivory”.  Het hele album is zo.

  1. ‘McCartney III’ (2020)

Net als zijn voorgangers,  McCartney (1970) en McCartney II (1980), is dit derde titelloze uitstapje een totaal one-man-bandproject van deze muzieklegende. Opgenomen tijdens de COVID-19-lockdown, is McCartney III zowel losgeslagen als doordacht in zijn spontaniteit en detail. McCartney is vrij om te experimenteren in de omgeving en schakelt over van liefdesliedjes naar rockers, naar maffe terzijdes die hem allemaal in relatieve rust brengen en is moeiteloos creatief in deze moeilijke tijden.

  1. ‘Red Rose Speedway’ (1973)

In een weerspiegeling van de turbulente sfeer die rond het uiteenvallende Wings hing, is Red Rose Speedway weer zo’n halfslachtig succes, vooral bekend van de sappige hit “My Love”. Graaf dieper en McCartney werkt vaak op volle kracht. Het heeft hem in ieder geval gestaald voor zijn grootste post-Beatlessucces in een slank driemanschap.

  1. ‘Egypt Station’ (2018)

McCartney maakt het verschil tussen nostalgie en vooruitkijken en komt met zijn meest sponzige, geile en bijtende album in jaren. Het gaat een beetje te lang door  en sommige nummers vervallen in de vergeetbare moderne pop die McCartneys platen al meer dan drie decennia in de weg zit, maar er is een vernieuwd gevoel van energie en doelgerichtheid.

  1. ‘Back To The Egg’ (1979)

McCartney wilde een plaat maken met meer rauwheid en hij slaagde daar grotendeels in, door zijn geluid een heldere impuls te geven na de soft-rockfluff van London Town. Uiteindelijk probeert hij het alle twee te hebben: de tweede kant bevat een terugkeer naar enkele van McCartneys meer herkenbare uitspattingen. Toch is Back To The Egg beter dan het wordt gewaardeerd.

  1. ‘Flowers In tThe Dirt’ (1989)

Het leek erop dat de betovering van de teleurstellingen van de jaren ’80 alleen kon worden verbroken met een scherpe stem van buitenaf, een nieuwe medewerker in de trant van John Lennon. McCartney vond die persoon in Elvis Costello, die hem hielp terug te keren naar de hitlijsten – en, nog belangrijker – terug te keren naar zijn vroegere ambities. De productie op ‘Flowers’ is soms onlosmakelijk van zijn tijd, maar de McCartney van weleer is terug.

  1. ‘Venus And Mars’ (1975)

Een gestabiliseerd Wings – ze hadden uiteindelijk voor het eerst (en alleen maar) dezelfde line-up op opeenvolgende studioalbums – ging samen met een al gezellig gezinsleven, om alles in een warme uitnodigende gloed te dompelen. Soms betekent dit dat McCartney een beetje te schattig wordt, maar zijn genialiteit, tenminste wanneer hij de microfoon niet overgaf aan zijn mede-Wings, straalt er voortdurend doorheen.

  1. ‘Flaming Pie’ (1997)

Flaming Pie, een van McCartneys meest complete albums ooit, werd geïnformeerd maar niet geketend door zijn terugkeer naar alles wat met Beatles te maken had tijdens het werken aan het ‘Anthology’-project. Er is duidelijk iets ontbrand, want McCartney reanimeert behendig zijn hele nalatenschap van gelaagde pop, ontroerend persoonlijke folk en losbandige rock en het beste van alles is dat hij een reeks memorabele songs heeft meegenomen.

  1. ‘Memory Almost Full’ (2007)

Dit is McCartneys beste moderne mix van elementen uit de breedte van een gevarieerde carrière. Met Memory Almost Full heeft hij eindelijk het brede doel geformuleerd waarvan hij duidelijk had gehoopt dat Driving Rain het zou zijn. Tegelijkertijd maakt “The End Of The End” de meer verontrustende thema’s duidelijk, omdat McCartneys –  op dat moment recente –  echtscheiding hem naar diep contemplatief gebied lijkt te sturen.

  1. ‘McCartney’ (1970)

Deze organische, zelf opgenomen terzijde-plaat klinkt als wat het is: iemand die zijn eigen geluid probeert uit te werken en dat is de blijvende magie. McCartney kwam uit een van de grootste rockbands tevoorschijn met een beetje onzekerheid. Af en toe klinkt hij als een redelijk facsimile van zijn hit-makende zelf (“Maybe I’m Amazed”, “Every Night”), maar vaker grijpt hij naar andere delen van zijn muze.

  1. 3. ‘Chaos And Creation In The Backyard’ (2005)
    Een typisch knipogende McCartney maakte met ‘Chaos And Creation’ zijn meest serieuze en meest nonchalante elpee ooit. Die consistentie in toon en kwaliteit zou kunnen leiden tot afleiding voor degenen die gecharmeerd zijn van zijn meer voor de hand liggende eigenaardigheden. Maar ‘Chaos’ groeit bij latere luisterbeurten alleen maar uit tot een rijkere ervaring. Het resultaat is niet alleen een doorslaand succes; het is een van McCartneys allerbeste albums uit welke periode dan ook.
  2. ‘Ram’ (1971)

Ram is de laatste tijd in aanzien gestegen, vooral bij fans die het nu erkennen als een over het hoofd geziene voorloper van de handgemaakte pop. Ram: fascinerend onuitgegeven en volkomen verkeerd beoordeeld in zijn tijd, zit nooit lang stil. Het struikelt ook zelden. McCartney barstte van de post-Beatlesideeën, die Ram een duizelingwekkend momentum geven.

  1. ‘Band On The Run’ (1973)

In een blijvende triomf verweeft McCartney vakkundig zijn verlangen om los te komen van de Beatles met een eeuwenoude outsiders-mythologie. Deze rusteloosheid, een gevoel van een onvervuld lot, dreef McCartney naar nieuwe creatieve oorden – en hij gebruikt elk gereedschap in zijn popmuziekschuur op de elpee. Geen enkel McCartney-album heeft zo goed stand gehouden en geen enkel laat zijn vele sterke punten zo succesvol zien.

(Bron: classicrock.com)
(Vert: Henno de Jong)