Upgrade

BFNLBFNL Columns, Then There Was Music

‘Wat hoor je daar toch in?’ In zijn wereld van Bach, Mozart en Haydn was geen plek voor Lennon en McCartney. ‘Nou, leg die hoofdtelefoon eens weg en vertel me maar wat daar nu zo mooi aan is’. Ik beluisterde op dat moment kant A van de lp ‘Let It Be’ en van deze kant leek het titelnummer de meeste kans te maken op een beetje goedkeuring van mijn vader. Ik wees hem op Pauls fraaie zang en probeerde vooral mijn enthousiasme voor de solo van Harrison over te brengen. Ik wist dat deze solo misschien te fors was voor het nummer, maar van alle solo’s die er zijn (toen single- en lp-versie, nu ook nog Naked en Anthology) vond en vind ik dit met afstand de mooiste. Deze heeft wat mij betreft de perfecte opbouw en de meest duidelijke ontwikkeling. Pa deed zijn best het te horen, maar aan het spottende lachje zag ik al dat hij zijn oude rakkers trouw zou blijven.

‘Wat hoor je daar toch in?’ Een dappere poging van pa om mijn wereld binnen te stappen, maar wel een kansloze onderneming. ‘Wat hoor je daar toch in’ is een vraag met meerdere antwoorden, afhankelijk van de insteek. In de eerste plaats hoor ik natuurlijk de mooiste popmuziek die ooit opgenomen is. Door de vele jaren van beluisteren is de ‘Wow-factor’ van de kennismaking wel wat verdwenen, maar daar staat tegenover dat ik op een bepaalde manier nu ook herinneringen ‘hoor’ en is er daarnaast door mijn studie de verdieping van begrip en de bewondering voor de (harmonische)structuur bijgekomen.

Er zijn massa’s slecht klinkende lp’s en evenveel fantastisch klinkende cd’s.

‘Wat hoor je daar toch in?’ Deze vraag hangt ook samen met het hoe van het luisteren. Beluisteren op vinyl of cd? Mp3-bestanden zijn voor mij alleen een optie als ik even iets wil controleren of analyseren omdat het de meest gebruiksvriendelijke vorm is als je vaker op dezelfde plek wilt beginnen met luisteren. Volgens mij kun je niet zonder consequenties een bestand van pakweg 150 Mb (gemiddeld voor een gedigitaliseerde song denk ik) uitkleden en samenvouwen tot 2 of 3 Mb, daarna alles op één geluidsniveau (hard) brengen en denken dat dat de perfecte luisterervaring oplevert. Maar goed, cd of lp? Er zijn massa’s slecht klinkende lp’s en evenveel fantastisch klinkende cd’s. Je hebt zelfs lp’s die in wezen niets anders zijn dan cd’s op de verkeerde geluidsdrager. Ook en misschien vooral, speelt de kwaliteit van de apparatuur mee. De mooiste lp afgespeeld op een koffergrammofoon van Crosley zal het afleggen tegen veel cd’s, maar ‘plaatjes draaien’ is meer dan alleen de geluidskwaliteit.

De verpakking speelt zeker een rol. Coverart voor een cd is toch een beetje weggegooid geld. Kleine doosjes met kleine plaatjes en nog kleinere details. Bij een lp heb je echt iets in handen dat het bestuderen waard is. Bovendien: de albums die verschenen vóór de cd zijn intrede deed, hebben allemaal een bewuste opbouw zowel per kant, als als geheel. Het moeten opstaan aan het eind van kant 1 om de lp om te draaien geeft ook een positieve impuls aan de luisterconcentratie. Deze twee dingen maken, zo kan ik me voorstellen, de beleving van vinyl afgespeeld op een Crosley ook tot een fijnere ervaring dan luisteren naar de t.o.v deze koffergrammofoon beter klinkende cd.

De cd heeft meer opslagruimte. Dat lijkt een voordeel, maar er kleeft ook een behoorlijk nadeel aan: er kunnen meer minuten worden volgespeeld en vaak wordt dat ook gedaan zonder dat het iets toevoegt. Met eindeloos doorzeurende inleidingen, soli en zo meer tot gevolg. Ook op de oude albums staat natuurlijk materiaal dat er enkel staat om het album te vullen. Zo zou ‘A Hard Days Night’ prima zonder ‘I’m Happy Just To Dance With You’ hebben gekund en zou ‘For Sale’ ‘Mr. Moonlight’ wel hebben kunnen missen. Bij de cd is het teveel aan ruimte echter een dusdanig ‘probleem’ dat de ‘oplossing’ niet beperkt blijft tot meer nummers, maar helaas worden nummers niet zelden opgerekt tot ver voorbij hun houdbaarheid. Meer is dan niet altijd beter.

‘Wat hoor je daar toch in?’ Mijn kennismaking met The Fab Four liep via een Dual 70- platenspeler met ingebouwde versterker en minuscule speakers. Wat hoorde ik daardoor? In de eerste plaats Ringo die, zo leek het, bij ‘I Saw Her Standing There’ begon te raggen op de cymbals en pas bij ‘Dizzy Miss Lizzy’ een paar jaar later aan het eind van ‘Help’ ophield. Daarna klonk het gedifferentieerder, maar tot Rubber Soul’ hing er een grijze ruis over alles. Wat hoorde ik allemaal niet? Er was vooral het vermoeden van een bas. Als ik goed luisterde hoorde ik dat McCartney heel erg zijn best deed, maar het waren toch vooral vage plopjes onder de grijze ruis. Daarnaast was er veel dat helemaal verborgen bleef op mijn Dual, zo zou ik later merken en daarin ligt voor mij een niet te onderschatten charme van (nog steeds) luisteren naar The Beatles op vinyl: de upgrade. Met elke investering in de installatie van (voor)versterker via speakers tot gebruikte elementen en zelfs draaitafelmat werden er meer muzikale geheimen ontsloten. De platen die ik 45 jaar geleden kocht bleken na elke investering in de installatie meer moois te bevatten dan ooit gedacht en eerlijk gezegd: ik beluister mijn oude Beatles-albums met veel meer plezier dan de 2012-remasters. Ze wisten destijds echt wel wat ze deden!

Toen mijn oude Dual vervangen werd door een betere speler bleek dat Ringo meer deed op de vroege albums dan ruis veroorzaken en de bas van McCartney is vanaf het begin heerlijk dwingend aanwezig. Gelukkig niet zo sterk als op de 2012-stereoremasters, maar het is zeker een dragende partij onder het geheel. Verder kwamen er natuurlijk veel meer details: een lijntje dat tot dat moment niet te horen was, het geluid van het plaatsen van de hand op de snaren nog voor het akkoord gaat klinken, het zachte kuchje ergens ver weg, de uitroep van enthousiasme die door een andere microfoon is opgevangen en zo onbedoeld ‘lekt’ in het totaal, de ‘belletjes’ in elke aanzet van de cymbals en een duidelijker ‘wie doet precies wat’ in o.a. de samenzang. Een zanglijn werd met elke upgrade steeds duidelijker George, John, of Paul. Er kwam ruimte tussen de verschillende stemmen en bovenal was er de warmte in de klank. Natuurlijk is het ook mogelijk om elke cd-speler te upgraden door er een (veel) betere externe DAC aan te koppelen en de ingebouwde DAC niet te gebruiken. Onder vergelijkbare omstandigheden (want een speaker-upgrade heeft invloed op zowel lp als cd) wint voor mij toch de lp, zeker als deze analoog is. De warmte (deels het gevolg van de beperkingen van vinyl in het extremere hoog) wint het van wat ik toch bij veel cd’s ervaar als kilheid. Cds gaan beter klinken bij elke upgrade, maar ik heb nog geen enkele upgrade doorgevoerd die nieuwe geluidslagen ontsloot. Alles was er al, alleen minder mooi dan bijvoorbeeld na gebruik van een duurdere DAC.

‘Wat hoor je daar toch (nog steeds) in?’ Ik zou graag nog een keer de schok van de eerste keer horen willen herbeleven. Heel soms kan ik me tijdens het luisteren die ervaring weer voor de geest halen, maar meestal blijft dat iets van het verleden. Daarvoor in de plaats is wel veel nieuws gekomen: muzikale kennis, de opeenstapeling van luisterherinneringen en een verdieping, doordat mijn huidige installatie veel meer geheimen aan de zwarte schijven kan onttrekken dan de Dual waar ik mee begonnen ben.

‘Wat hoor je daar toch in?’ Uiteindelijk is dat niet belangrijk. Net zo min als harmonische analyses het meest belangrijke zijn. De muzikale beleving is misschien wel het mooist in het onverklaarbare ‘gegrepen worden’. ‘Wat hoor je daar toch in?’ Daar waar het me het meest raakt heb ik gelukkig geen idee.

Ton Steintjes