Herinner je je 1963 nog?
De meesten die dat kunnen, zouden dat liever niet willen, schrijft Nigel Kirk. Het was geen goed jaar: het nieuws was continu negatief en de Koude Oorlog was op zijn koudst – net zoals het weer. Het was de ergste winter in 200 jaar met eindeloze maanden vol ijs en sneeuw, zelfs kouder dan in 1947.
Eén dame uit Nottingham die ik onlangs ontmoette, had echter wel een goede reden om terug te denken aan deze gure winter.
Kathleen, of Kate zoals haar vrienden haar noemen, was in 1963 twintig jaar oud en op donderdag 7 maart zag zij The Beatles van dichtbij tijdens één van de eerste van de vier bezoeken van de band aan Nottingham.
Het wordt zelfs nog beter: ze kreeg hen ook zo ver dat ze hun handtekeningen kreeg voor in haar plakboek. De handtekeningen gaan op 4 oktober onder de hamer bij Mellors & Kirk en worden geschat op een waarde tussen de £ 1.000,– en £ 1.500,–.
Het papier, ter grootte van een ansichtkaart, is gesigneerd met ‘Liefs van John Lennon XXX’ en ‘George Harrison X’. Dit zijn de handtekeningen die het meest opbrengen – voor de voor de hand liggende reden dat er geen nieuwe meer bij zullen komen, maar ook omdat deze handtekeningen afkomstig zijn uit de beginjaren, het hoogtepunt van Beatlemania.
Gerry Marsden van Gerry and the Peacemakers heeft het vel papier ook gesigneerd. Het evenement in Nottingham was het eerste van manager Brian Epsteins zes ‘Mersey Beat Showcase’ concerten op verschillende plaatsen, waarbij ook Billy J Kramer and The Dakotas, The Big Three en Cilla Black optraden.
Recentelijk verkocht Mellors & Kirk de handtekeningen van alle vier The Beatles, verzameld door een voormalige medewerker van de Old England Inn aan de A1 waar de band onderweg stopte voor een laat avondmaal.
Zij verliet snel de keuken en kreeg hun handtekeningen op een stukje papier, waarvoor nu £ 2.500,– betaald werd door een Amerikaanse verzamelaar.
Voor Beatlesmemorabilia worden hoge bedragen gevraagd op veilingen, want mensen willen graag iets bezitten dat rechtstreeks verbonden is met de meest invloedrijke popmuzikanten uit de geschiedenis.
Ringo’s eigen exemplaar van het Parlophone Beatlesalbum uit 1968 werd in 2015 verkocht voor $ 790.000,– en een Sergeant Pepper’s Lonely Hearts Club Band LP met de handtekeningen van The Beatles bracht in 2013 op een veiling het equivalent van £ 190.000,– op.
Zulke bedragen waren ondenkbaar toen de bandleden in maart 1963 hun eigen instrumenten uit een bus moesten laden bij aankomst bij de Elizabethan Ballroom op de bovenste verdieping van de Co-Op in Upper Parliamant Street in Nottingham. Verrassend genoeg was die avond de zaal maar half vol.
De andere drie bezoeken van The Beatles aan Nottingham later in 1963 en begin 1964 vertelden een heel ander verhaal.
Op 23 mei 1963 speelden ze samen met Roy Orbinson in het Odeon en op 12 december van dat jaar keerden ze terug naar een rumoerige bijeenkomst van duizenden extatische jonge fans. De politie in de stad trok alle verloven in en ambulances stonden klaar. De Fab Four bezochten de stad ook op 5 november 1964.
Kate heeft haar aandenken aan die historische avond 54 jaar lang gekoesterd, maar vind het niet erg om er nu afscheid van te nemen: nu zal iemand anders er plezier aan beleven.
Vaak blijkt dat de spullen die verkregen zijn zonder aan een toekomstige opbrengst te denken degene zijn die de beste investering zijn.
John, Paul, George en Ringo hebben het soort onsterfelijkheid bereikt dat alleen weggelegd is voor zeer unieke artiesten. Er is iets dat zo nieuw en aansprekend, maar ook lief en sentimenteel is aan de teksten en muziek dat een hele nieuwe, naoorlogse generatie van babyboomers wakker werd door deze muziek.
En zagen ze er niet geweldig uit, deze vier leuke, gewone jongens uit Liverpool, ogenschijnlijk alle vier hetzelfde, maar met heel verschillende persoonlijkheden, charismatisch en vol talent? Dat is waarom de jongeren en zij die jong van geest zijn helemaal ‘Beatlemania’ werden.
Liverpool, het geestelijk thuis van The Beatles, is een pelgrimsoord voor bezoekers die naar de Cavern Club en naar de huizen waar Lennon en McCartney in hun jeugd woonden gaan. Beide huizen zijn nu in het bezit van de National Trust, dat de laatste woning omschrijft als ‘een klein huis met een enorme muzikale betekenis’.
Toen John Lennon en Paul McCartney ‘Ticket to Ride’ componeerden, konden ze zich vast niet voorstellen dat mensen naar de huizen uit hun kindertijd zouden gaan!
Het is buitengewoon hoe iedere generatie weer The Beatles ontdekt. ‘Beatles erfgoed’ is big business, omdat de nummers tijdloos lijken te zijn en zowel jong en oud tot de verbeelding spreken.
De koper van Kates plakboek is waarschijnlijk een Beatlesfan die altijd al hun handtekeningen heeft willen hebben zonder echt aan de verzamelwaarde te denken, en dat maakt dit opmerkelijk ongewone ‘verzamelobjecten’.
Bron: nottinghampost.com
(Vert: Laura Alblas)